Hoe bereik jij jouw top

Hoe bereik jij jouw top?

Vandaag was ik proefkonijn voor buitencoach Fleur. Met haar stem in mijn oren begon ik aan mijn dagelijkse wandeling. En binnen enkele minuten herinnerde ik me mijn beklimming van de Kilimanjaro, meer dan tien jaar geleden.

Wanneer gaan we nou?

Ik herinnerde me hoe we allemaal vol spanning en verwachting aan de klim begonnen. Op hetzelfde moment dat ik me ongeduldig afvroeg “wanneer gaan we nou?” realiseerde ik me dat we al onderweg waren. We waren vertraagd en nog eens vertraagd tot ik dacht dat het niet trager kon. En toen vertraagden we nog een beetje. Maar we bewogen wel vooruit.

De kortste route

Er zijn verschillende routes naar de top van de Kilimanjaro. De een langer dan de ander. Als je zoals ik vanaf zeeniveau komt, en vooraf geen hoogtegewenning hebt gedaan, dan is het devies ‘hoe langzamer hoe beter’. En dus geeft een langere route meer kans op het bereiken van de top dan de kortste route.

Je merkt het pas als je er al bent

Zo wandelend dacht ik terug aan andere momenten waarop ik pas na een tijdje onderweg te zijn ontdekte dat ik onderweg was. De keer dat een werkproces stroef bleef lopen tot het “plotseling” zonder problemen draaide. De intervisiebijeenkomst waarin we ons afvroegen wanneer we nou eindelijk eens zouden beginnen met de nieuwe aanpak en na enige reflectie ontdekten dat we de dingen al anders waren gaan doen. Langzaam maar zeker.

Vooruitgang door vertragen

Ik mijmerde al lopend over mijn drang om voortvarend aan de slag te gaan; hard te werken om mijn top te bereiken. Mijn voorkeur voor een stevige wandeling. Terwijl ik ook heb ervaren dat vertragen soms tot meer vooruitgang leidt dan versnellen. De stem van Fleur dwong mij vanmorgen mijn wandeltempo te vertragen. Nu, hier, achter mijn laptop, laat ik mijn gedachten gaan over welke top ik wil bereiken door te vertragen. En ik merk dat ik er al een paar bereikt heb, maar ze nog niet had gezien.

Hoe bereik jij jouw top?

Hoe bereik jij jouw top? Door stevig aan te pakken of door te vertragen? Heb jij moeite met vertragen en wil je daar eens over van gedachten wisselen? Stuur me dan een berichtje.


Nieuwsgierig naar Fleurs buitencoach-mp3? Dan moet je nog even geduld hebben, maar hier maak je alvast kennis met haar.

Invloed hebben of niet

Invloed hebben

Dit gebed heb je vast wel eens gehoord. En misschien heb je ook wel eens een oefening gedaan met de cirkel van invloed en betrokkenheid: waar heb ik wel invloed op en waar ben ik bij betrokken maar heb ik geen invloed op. Een belangrijke oefening, omdat het je helpt dingen die je wel en dingen die je juist niet kunt veranderen van elkaar te onderscheiden. The wisdom to know the difference.

Cirkel van invloed

Deze week kwam ik de cirkel van invloed en betrokkenheid weer eens tegen op social media en ineens viel me iets op. De cirkel van betrokkenheid, alle zaken om je heen die van invloed zijn op jou maar waarop jij zelf geen invloed hebt, bevat eigenlijk twee soorten zaken. Je hebt vaststaande feiten: de tijd, het weer, het verleden. Die kun je niet veranderen. Punt. Daarnaast heb je dingen die iets met de ander te maken hebben. Het gedrag van de ander, wat de ander van jou vindt, hoe de ander zich voelt. Maar zijn die wel zo vaststaand?

Kan ik anderen dan helemaal niet beïnvloeden?

Omdat ik het zo’n verhelderende oefening vind (ook/juist voor kinderen), vulde ik met mijn tienjarige dochter de cirkel van invloed in met haar eigen voorbeelden. En ik vroeg haar of je invloed hebt op hoe de ander zich gedraagt, of wat de ander van je vindt. Haar antwoord: je kunt het wel proberen bijvoorbeeld door te vragen, maar uiteindelijk is het de ander die beslist. En dat sluit aan bij wat ik tijdens mijn trainingen mijn deelnemers vaak vertel:  je kunt een verzoek doen aan een ander (“zou je minder hard willen praten, ik heb hoofdpijn en behoefte aan stilte”), maar “nee” is ook een antwoord.

Je hebt wel degelijk invloed met een ik-boodschap

Als je last hebt van het gedrag van een ander, dan kun je hem dat met een ik-boodschap vertellen (“Je praat hard, daar wordt mijn hoofdpijn erger van en ik voel me echt uitgeput”).  Met als mogelijk gevolg dat hij zich op een andere manier gaat gedragen. Dat voelt spannend omdat we bijvoorbeeld bang zijn voor een negatieve reactie. Maar het laten voor wat het is omdat je denkt dat je geen invloed hebt, vind ik een gemiste kans. Ik heb zelf namelijk ervaren dat in veel gevallen de ander zich niet bewust was van het feit dat jij last hebt van zijn gedrag. Door jouw confronterende ik-boodschap krijgt de ander nieuw inzicht én de gelegenheid zijn gedrag aan te passen.

De ander beslist

Maar soms vloeit dat gedrag voort uit een behoefte die zo belangrijk is voor de ander, dat hij het niet wil veranderen. Nee is ook een antwoord, want uiteindelijk is het de ander die beslist.

Jouw invloed

En jij kunt dan weer invloed uitoefenen op de manier waarop je reageert op dat besluit. Bijvoorbeeld door het te accepteren.

Ben jij benieuwd welke andere opties je naast accepteren ook nog hebt om te reageren op een “nee” van de ander? Of wil je vaardiger worden in het gebruiken van confronterende ik-boodschappen? Dan is het volgen van een Gordon®training of -workshop misschien iets voor jou.

In zes stappen je wens vervullen

In zes stappen je wens vervullen

Wat heb ik eigenlijk nodig? Tijdens de bijscholing die ik laatst volgde was dit één van de hoofdvragen. Met behulp van de piramide van Maslow reflecteerden we op de vraag “in hoeverre ben ik in al mijn behoeften voorzien?”. Ik constateerde dat ik niet helemaal tevreden ben over de hoeveelheid slaap die ik krijg en dat ik de fysieke nabijheid van anderen buiten mijn gezin mis.

Hoe weet je wat je nodig hebt? En hoe bereik je dat?

In deze blog, die in samenwerking met Marianne Burggraaff tot stand is gekomen, krijg je een oefening om je te helpen ontdekken wat je werkelijk nodig hebt; welke wensen je nog wilt vervullen. En ik vertel kort hoe je op basis van de zes stappen uit het overlegmodel van Thomas Gordon je doel kunt bereiken.

De piramide van Maslow

Maslow was een grondlegger van de humanistische psychologie en hij ontwikkelde een handig hulpmiddel om de aard van onze behoeften beter te leren kennen. Hij geloofde dat ieder mens vijf soorten behoeften of verlangens kent, die vaak in een piramide op elkaar worden gestapeld.



Je verlangens leren kennen

Als je goed weet wat jij nodig hebt, wat je al hebt en waar je nog naar verlangt, dan kun je gericht investeren in je verdere ontwikkeling en groei. Soms weet je niet zo goed wat je nu echt nodig hebt of waarom je een bepaald gemis voelt. Met de volgende oefening kun je de piramide van Maslow invullen voor jezelf en zicht krijgen op wat je al hebt en wat je nog zou willen.

Stap voor stap

Je zult begrijpen dat het lastig is om je behoefte aan zelfontplooiing te verwezenlijken als je tekort komt aan lichamelijke behoeften zoals eten, drinken, ademhalen en slapen. En als je in gevaar bent, zul je eerst dat proberen te elimineren voordat je in staat bent tot sociaal contact. Daarom worden de fundamentele behoeften die Maslow identificeerde vaak weergegeven in een piramide.

En door elkaar

Toch heb je misschien in de oefening ontdekt dat behoeften uit verschillende lagen in de piramide zijn vervuld. Zelfs als de lagen daaronder niet volledig zijn. Hoewel ik slaapgebrek heb, doe ik door wiskundeles te geven op de basisschool tegelijkertijd iets wezenlijks. Mijn lichamelijke behoeften zijn niet volledig vervuld, maar mijn behoefte aan erkenning en waardering is ook niet geheel onbevredigd.

In zes stappen je wens vervullen

Nu je weet wat je nog zou willen bereiken, kun je in zes stappen die wens ook verwezenlijken. Door een wens te kiezen en als doel voor jezelf op te schrijven, maak je je verlangen helder en tastbaar. Vervolgens kun je manieren gaan bedenken om je doel te bereiken en een plan van aanpak maken om die manieren uit te gaan voeren. Dit hoeft geen ingewikkeld plan te zijn: zo bestaat mijn plan om meer slaap te krijgen uit de actie om ten minste twee keer per week vroeg naar bed te gaan. Klein en haalbaar. Breng je plan vervolgens ten uitvoer en pas het indien nodig gaandeweg aan.

Hulp nodig?

Lukt het nog niet zo goed om je verlangens scherp te krijgen? Of heb je hulp nodig bij het maken van een aanpak om je wensen te bereiken? Dan heb je misschien iets aan een coachingsgesprek. Stuur één van ons een berichtje met daarin je vraag. Dan maken wij zo snel mogelijk een (bel)afspraak met je.

Ga je liever meteen zelf aan de slag met het maken van jouw eigen plan? We hebben voor jou een format ontwikkeld op basis van het overlegmodel uit de Gordonmethode waarmee je stapsgewijs je eigen plan van aanpak kunt maken. Wil jij ook in zes stappen je wens vervullen? Download dan de gratis toolkit “In zes stappen je doel bereiken”.

Deze blog is tot stand gekomen in samenwerking met Marianne Burggraaff, die net als ik gecertificeerd Gordontrainer is.

Op je strepen staan

Online wel op je strepen staan?!

Toen de basisscholen dicht gingen ben ik de wekelijkse wiskundeles aan plusleerlingen online gaan geven met Zoom. Dat resulteerde in een zeer steile leercurve. Waarin ik me weer herinnerde waarom ik niet hou van op je strepen staan.

Open monden

Een stelletje negen- en tienjarigen kunnen je in tien minuten meer functionaliteit van Zoom laten zien dan een professionele cursus van een paar uur. Binnen de kortste keren wist ik hoe ze mijn scherm over konden nemen, hoe ze dwars door mijn tekst op het whiteboard konden schrijven, hoe namen konden worden aangepast, handen opgestoken, achtergrondjes veranderd en de microfoon (die ik net op mute had gezet) weer aangezet. Als kers op de taart eindigde de eerste les in een kijkje achter in de keel van alle deelnemende leerlingen, want je kunt zo leuk over de camera heen hangen met je mond wagenwijd open.

Op je strepen staan

Tijdens de tweede les had ik me beter voorbereid en wist ik hoe ik technisch de controle in eigen hand kon houden. Als host van de bijeenkomst kun je namelijk deelnemers verbieden hun scherm te delen, aantekeningen op jouw scherm te maken of geluid te maken. Je kunt ze zelfs de “klas” uitsturen. Zoom gaf mij strepen en ik ging daar op staan.

Maar is dat nu hoe ik om wil gaan met anderen? Mijn behoefte aan rust en ruimte in de les verwezenlijken door hen mijn wil op te leggen? Terwijl ik de negatieve gevolgen van het gebruiken van macht ken?

Even terugspoelen

Normaal gesproken begin ik het schooljaar met een gesprek over wat er nodig is om een goede les te hebben. En dan spreken we wat dingen met elkaar af, zoals om de beurt praten en daarom je vinger opsteken als je iets wilt zeggen, elkaar uit laten praten, op tijd zijn, je spullen bij je hebben, goed voorbereid zijn. Dingen die voor alle deelnemers gelden, zowel de docent als de leerlingen. Ik had er niet bij stil gestaan dat de situatie dusdanig veranderd is dat nieuwe afspraken nodig zijn. Zodat we weten hoe we virtueel onze vinger op kunnen steken, geen storende geluiden maken en wat er verder nog nodig is om een goede videoles te hebben.

Nieuwe afspraken

En dus vroeg ik wat iedereen nodig heeft om er een goede les van te maken. We maakten nieuwe afspraken waardoor het prettig communiceren is. En verrijken de wiskundeles door ons niet te beperken tot de videoles, maar ook een wiskundechatkanaal in Teams te gebruiken. Zodat ik in dezelfde tijd die ik normaal gebruik om naar school te gaan, les te geven en weer naar te huis gaan, meer kan betekenen voor de kinderen. En we samen nog meer plezier in wiskunde hebben.

Streeploos

Ondertussen heb ik verscheidene Zoombijeenkomsten gehouden met volwassenen en de vruchten kunnen plukken van de wiskundelessen. Ik weet wat ik nodig heb om een sessie goed te kunnen faciliteren en ik weet dat het helpt om vooraf samen wat spelregels te bepalen. Zodat we inspirerende en nuttige bijeenkomsten kunnen hebben. Zonder dat iemand strepen hoeft in te zetten.

Legitiem excuus wordt smoesje

Vlak na de herfstvakantie bevond ik me plotseling op de eerstehulpafdeling van het ziekenhuis. Ons tienjarige kind werd opgenomen en aan het einde van die eerste dag werd het duidelijk: ze heeft diabetes type 1.

Laten vallen wat er niet toe doet

We lieten alles wat er niet toe deed uit onze handen vallen en richtten ons op wat nodig was (voor wie wil weten wat dat ongeveer is: https://www.diabetesfonds.nl/over-diabetes/soorten-diabetes/diabetes-type-1).

Begrip

Dat wat er even niet toe deed begon er al snel weer toe te doen. We hadden contact met onze opdrachtgevers en collega’s om afspraken aan te passen, werkzaamheden tijdelijk over te dragen en pakten de belangrijkste dingen zelf weer op. Er was begrip voor de situatie.

Legitiem excuus

Eerder schreef ik al eens over smoesjes die je gebruikt om lastige dingen uit de weg te gaan. Die je beletten de doelen te bereiken die je belangrijk vindt. Hoe je jezelf soms bij de haren moet grijpen om de smoesjes te herkennen en te overwinnen. En nu staart mij een legitiem excuus in de ogen dat ik er van begin te verdenken dat het langzaam in een smoesje verandert.

Wanneer is iets een smoesje

Ik ontdekte dat iets wat vandaag een legitiem excuus is, morgen een smoesje kan zijn en overmorgen toch weer een legitiem excuus. Dat er dingen zijn die niet zo eenduidig in het bakje “smoesjes” kunnen worden gestopt. Omdat ze de ene dag voortdurend je gedachten belagen en de andere dag vergeten lijken. Of dat processen gisteren vlekkeloos verliepen, maar vandaag allerlei hobbels opwerpen waardoor je steeds brandjes aan het blussen bent.

Wie bepaalt dat..

Nog ingewikkelder wordt het dat in mijn hoofd ook de denkbeeldige stemmen van mijn omgeving een duit in het zakje doen. “ze vragen zich vast af hoe lang je je hier druk over kunt maken”, “ze vinden natuurlijk dat ze me ruimte moeten geven, maar voelen zich toch in de steek gelaten”. Weinig helpend natuurlijk, maar zeg dat maar eens tegen mijn hoofd!

..  en maakt dat eigenlijk uit?

Het helpt mij niet om me voortdurend af te vragen of ik stiekem een smoesje heb gemaakt van een goede reden om bepaalde dingen te laten. Dus heb ik rust voor mezelf gecreëerd door in mijn agenda een paar ijkmomenten te plannen. Op die momenten mag ik mezelf kritisch bevragen over mijn motieven om dingen wel en vooral ook niet te doen. Voor de tussenperiodes heb ik mezelf toestemming gegeven om smoesjes te gebruiken. Waardoor het niet meer uitmaakt of het nou wel of geen legitiem excuus is.

Hopen op een smoesje

Eigenlijk hoop ik me zo snel mogelijk te realiseren dat dit excuus niet langer mijn doen, laten en denken beheerst. Dat de hobbels geen reusachtige beren meer lijken en de processen grotendeels soepel verlopen. Dat het gewoon een smoesje is geworden.

Echte win-win

Niet polderen maar echte win-win

Opeens komt je collega met een heel ander voorstel en voel je je hakken in het zand gaan. Jij gaat niet wijken en blijft dus bij je standpunt. Na een lange discussie besluit jullie leidinggevende alles overwegende jouw aanpak te kiezen; jullie gaan het project uitvoeren op de door jouw voorgestelde manier. Twee maanden later is het project vastgelopen en vraag je je vertwijfeld af waarom je collega’s zo slecht meewerken – er was immers gekozen voor de beste aanpak? Tja, er was geen sprake van echte win-win want jij won en de ander verloor.

Polderen

Ander scenario: Na een lange discussie ga je akkoord met een deel van het voorstel van je collega-manager, onder de voorwaarde dat het belangrijkste onderdeel uit jouw voorstel ook wordt opgenomen in het projectplan. Redelijk tevreden zet je je team aan de slag en twee maanden later blijkt het projectresultaat niet helemaal aan te sluiten bij de verwachtingen.  Zuchtend stel je vast dat jullie opnieuw moeten beginnen, zoals je eigenlijk al had verwacht.

Waarom lopen groepsbesluiten zo vaak mis?

Velen van ons zijn opgegroeid met de gedachte dat je moet winnen om te kunnen bereiken wat je wilt. Met het idee dat er alleen maar winnaars en verliezers zijn en als jij geen winnaar bent, dan ben je dus een verliezer. En wie wil er nu een verliezer zijn?

Luisteren om te scoren

Het gevolg is dat er niet goed geluisterd wordt. Niet echt. Je luistert om te kunnen reageren op de ander, zodat je jouw punt nogmaals kunt maken. En je luistert te weinig naar dat stemmetje in jezelf dat het voorstel van de ander eigenlijk best goed vindt, of de door de ander benoemde zwakheden in jouw verhaal wel herkent. Maar als je naar dat stemmetje zou luisteren en er naar zou handelen, zou je wel eens het pleit kunnen verliezen. En wie wil er nu een verliezer zijn?

Polderoplossing

Door deze win-verliesmentaliteit kost besluitvorming soms meer tijd dan nodig en resulteert het vaak in een sub-optimaal besluit. Bijvoorbeeld omdat er een polderoplossing is gekozen, waarin iedereen iets krijgt en we allemaal winnaars denken te zijn maar ook voelen dat we tegelijkertijd iets hebben verloren. Of omdat de grootste schreeuwer haar zin heeft gekregen en er onvoldoende oog is geweest voor de stillere collega wiens waarschuwing voor een mogelijk probleem werd weggewuifd.

Wijsheid van de minderheid

Volgens de theorie van Deep Democracy is het belangrijk de wijsheid van de minderheid mee te nemen in de besluitvorming. Vanuit de overtuiging dat de krachtigste besluiten ontstaan door de aanwezige diversiteit aan kennis, talenten, ervaringen en emoties te combineren. Maar hoe breng je dat dan in de praktijk?

Echte win-win: zo doe je dat

De Gordonmethode biedt een praktische oplossing: de win-winmethode, ook wel  eens de geenverlies- of overlegmethode genoemd. Die begint bij bereidwilligheid van alle partijen om samen tot een goed en door iedereen, dus ook de minderheid, gedragen besluit te komen. Echte win-win dus. Via samen brainstormen over mogelijke oplossingen en het vervolgens goed evalueren van elke oplossing om de beste te kiezen, kom je uit bij het maken van afspraken over de manier waarop je de oplossing of aanpak gaat implementeren. En spreek je af wanneer en hoe je zult evalueren of de aanpak nog steeds de beste is.

Is dat alles?

Ja en nee. Iedereen kan deze methode toepassen, maar het verloopt soepeler als je daarbij de vaardigheden actief luisteren en het inzetten van ik-boodschappen goed onder de knie hebt. Soms heeft iedereen zich zo diep ingegraven achter zijn eigen oplossing, dat het moeilijk is om nog open te staan voor het zoeken naar een andere, gezamenlijke oplossing. Dan kan het helpen om een onafhankelijke facilitator te vragen het proces te begeleiden.

Wil jij ook graag dat jouw team samen tot de beste aanpak komt? Verlang je ernaar conflicten op te lossen op een manier zodat niemand verliest? Dan is de workshop Conflictoplossing iets voor jou. Meer behoefte aan een individuele aanpak? Neem dan contact op en we bespreken de mogelijkheden.

Ik-boodschappen

Ik-boodschappen

Ik-boodschappen, het klinkt zo mooi: als je dingen in een ik-boodschap verpakt dan kan niemand daar iets tegen inbrengen.Want waar een jij-boodschap naar de ander wijst, hou je het met een ik-boodschap bij jezelf. Dan kan degene die de ik-boodschap ontvangt er niet omheen als hij door jou wordt aangesproken op gedrag waar jij last van hebt. En die persoon gaat dan zijn gedrag aanpassen.

“Laat ik het bij mezelf houden: ik vind dat dit project slecht wordt aangepakt, de activiteiten moeten veel beter op elkaar aansluiten”.

Was het maar zo simpel

Het uitgangspunt dat je een ander het beste kunt confronteren met een ik-boodschap is goed. Mensen ontvangen niet graag jij-boodschappen omdat die als beschuldiging, vernedering of kritiek kunnen worden opgevat. Met een jij-boodschap vertel je ook vaak aan de ander wat hij zou moeten doen en de meeste mensen bedenken dat liever zelf.  Jij-boodschappen leiden dan ook zelden tot een verandering van het gedrag dat jij niet OK vindt.

Verpakte jij-boodschap

Waar het vaak misgaat is dat de ik-boodschap eigenlijk helemaal geen ik-boodschap is. De voorbeeldzin bovenaan deze blog is een voorbeeld van een verpakte jij-boodschap. Je kunt verpakte jij-boodschappen vaak herkennen aan de woorden “ik vind dat” waarmee ze beginnen. Meestal komt daarachter een boodschap die iets zegt over de ander. De zin “ik vind dat je de verkeerde aanpak hebt gekozen” zegt helemaal niet iets over jezelf, maar over de ander. En door het woord “je” weg te laten uit de zin, wordt het niet minder een jij-boodschap.

Hoe zien echte ik-boodschappen er dan uit?

Een echte ik-boodschap bestaat uit drie G’s: Gedrag, Gevolg en Gevoel. In je ik-boodschap beschrijf je het feitelijke gedrag, zonder daarin een oordeel en/of een beschuldiging te stoppen. Ook beschrijf je het concrete, tastbare gevolg dat jij ondervindt van het gedrag. En ten laatste verwoord je je onderliggende gevoelens.

“Je hebt het projectteam niet om input gevraagd over de aanpak. Daardoor sluiten de activiteiten niet op elkaar aan en moet ik in het weekend doorwerken om de deadline te halen. Ik voel me geïrriteerd en boos.”

Simpel?

Op papier wel, in de praktijk blijkt het nog best even puzzelen om de juiste woorden te kiezen. Het vraagt zelfkennis: Waarom vind ik dit eigenlijk zo vervelend? Wat is nu precies het concrete gevolg voor mij? Vragen waarvoor je soms wat dieper moet graven om het antwoord te vinden.

Nauwgezet het recept volgen

Maar als je een ik-boodschap geeft volgens het juiste recept, dan kan de ander daar inderdaad weinig tegen  inbrengen, de boodschap gaat immers over jouw gevoel en het gevolg voor jou. Of het er met 100% zekerheid toe leidt dat de ander zijn gedrag aanpast is een heel andere vraag. Daarover meer in een volgend blog.


Ik-boodschappen vormen een onderdeel van de communicatiemethode van Thomas Gordon.

Echt veranderen: hoe doe je dat?

Eens nam ik in het kader van een veranderprogramma deel aan een leiderschapstraining over “confronteren”. We waren het roerend eens: ons bedrijf zou effectiever zijn als we elkaar vaker zouden aanspreken op onacceptabel gedrag. Tegelijkertijd stelden we vast dat we de reactie van de ander soms zo vrezen dat we de confrontatie maar bij voorbaat uit de weg gaan. Of dat we de ander zo omzichtig aanspreken dat de boodschap niet over komt.

Vanaf nu doen we het anders

Goed, dat gingen wij vanaf nu dus anders doen. We keken elkaar diep in de ogen en beloofden dat we bij de eerstvolgende situatie over onze schroom heen zouden stappen en de confrontatie aan zouden gaan. Je voelt het misschien al aankomen: er veranderde niks.

De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen

Hoe komt het dat je met goede bedoelingen vaak niet verder komt dan die bedoeling? Brene Brown heeft in haar onderzoeken ontdekt dat je makkelijker een risico durft te nemen als je weet hoe je weer op kunt staan als je onverhoopt ten val komt. Ze vergelijkt het met parachutisten; die besteden voor hun eerste sprong veel tijd aan het oefenen met springen van een keukentrapje en leren dan hoe ze kunnen landen zonder zichzelf te bezeren. 

Wat heb je nodig om te veranderen

Het is een beetje een open deur, maar om te veranderen zijn “willen” en “kunnen” nodig.  Veranderprogramma’s die zich op één van deze twee richten, hebben minder kans van slagen dan wanneer aan beide aspecten wordt gewerkt. Om de goede bedoelingen om te zetten in actie is het belangrijk dat jij en je medewerkers de daarvoor noodzakelijke praktische vaardigheden leren.

Het keukentrapje op

Ik geloof in oefenen met nieuw gedrag of vaardigheden en zodat je leert hoe je dat doet zonder jezelf (of de ander) te bezeren. Voor je de verandering in de praktijk van het echte leven brengt, moet je tijd besteden aan het leren van de techniek waarmee de kans op een slechte landing zo klein mogelijk wordt. Maar ook aan wat je kunt doen om weer op te staan als je toch een keer valt. En vooral ook aan het oefenen met voorbeeldsituaties waarin de valhoogte beperkt is. Springen vanaf het keukentrapje dus.

Confronteren kun je leren

Terug naar het voorbeeld van confronteren. Als je iemand aanspreekt met behulp van een technisch juist geformuleerde ik-boodschap en overschakelt op actief luisteren als de boodschap niet helemaal lekker valt, dan zal je merken dat confronteren helemaal niet zo eng meer is. En dan is de goede bedoeling omzetten in actie nog maar een kleine stap.

Voor de organisatie waar ik werkte heeft het veranderprogramma onvoldoende effect gehad omdat te weinig aandacht is gegeven aan het leren van de benodigde vaardigheden. Wil jij wél een echte verandering in jouw organisatie? Eén waardoor medewerkers eerlijker met elkaar communiceren, ook als het een lastige boodschap betreft? Neem dan contact op voor de mogelijkheden.

Smoesjes

Ik probeer mijn kinderen de waarden die ik belangrijk vind voor te leven. Dus als ze bij de slager een stukje worst kregen, of bij de bakker een halve krentenbol, dan zei ik “dank je wel”. En na verloop van tijd gingen ze dat ook zelf zeggen. Soms spontaan, soms nadat ik ze had verteld dat als je iets krijgt en daar blij mee bent, je dat niet alleen kunt laten blijken door een blij gezicht, maar ook door dank je wel te zeggen.

Spannend

Er zijn momenten dat ze iets niet zo goed durven. Bijvoorbeeld aan de juf vragen of ze alsjeblieft een ander boek mogen lezen omdat ze het boek dat ze hadden gekozen toch echt heel stom blijken te vinden. Of de eerste keer naar een proefles voor een nieuwe sport. Er zijn allerlei redenen te bedenken om die proefles toch maar niet te doen . Met als belangrijkste argument dat deze sport waarschijnlijk toch niet zo leuk zal zijn.

Ook spannend

Een tijdje geleden werd ik uitgenodigd voor een leuke netwerkbijeenkomst. Ik meldde me enthousiast aan. Maar toen de datum van de bijeenkomst dichterbij kwam, kwamen er allerlei redenen bij me op die me vertelden dat het helemaal geen goed idee was om erheen te gaan. Eigenlijk had ik geen tijd, het programma was ook niet zo interessant en het was ook nog eens een heel eind rijden.

Uitvluchten en smoesjes

Ineens besefte ik dat precies aan het doen was wat ik probeer mijn kinderen “af te leren”. En ik bedacht me dat als ik van hen vraag om toch over al die drempels heen te stappen, ik dat zelf moet voorleven. Dus tijdens het avondeten vertelde ik dat ik later die week een bijeenkomst had. Die hartstikke leuk en nuttig is en waar ik dus heel graag heen wilde, maar waar ik tegelijkertijd een beetje tegenop zag. Omdat ik er niemand kende en vreesde dat ik in mijn eentje in een hoekje zou staan. En dat ik allerlei redenen aan het bedenken was om er toch maar niet heen te gaan.

Hulp

Ik vroeg aan hen of ze me wilden helpen. Als ik met een reden zou komen waardoor ik niet naar de bijeenkomst zou kunnen, zouden zij me dan willen vragen of dat misschien een smoesje was? En me willen vertellen dat het spannend is, maar dat ik er graag heen wilde omdat het me nieuwe vrienden op kan leveren?

Je smoesje herkennen

Het interessante is dat ik vanaf dat moment bij elke keer dat ik een goede reden had om niet te gaan, zelf al dacht: dat is dus een smoesje!  Ik deelde de smoesjes met mijn kinderen en ze beaamden elke keer: maar je gaat er toch heen, hè mama, want het is leuk en nuttig en je wilt er heel graag heen.

Wat weegt het zwaarst?

Dus ging ik naar de netwerkbijeenkomst, met een gespannen gevoel in mijn buik. En het was leuk en nuttig. Maar bovenal was het een overwinning op mezelf. En ik weet nu dat het helpt om de onzekerheden en belemmeringen die ik voel te bespreken. Zodat ik ze kan benoemen voor wat ze zijn: smoesjes. En smoesjes wegen minder zwaar dan mijn doelen en ambities.

Hoe haal je eruit wat erin zit?

Kun je het je nog herinneren: bibberend in je zwempak languit in het water met kurkjes om en een plankje in je armen. De badmeester of -juffrouw die dreigend aan de kant stond met een haak aan een lange stok, terwijl jij met moeite je hoofd boven water hield bij de schoolslag.

Zelfdrijvend vermogen

Hoe anders gaan de zwemlessen van tegenwoordig. Kinderen gaan te water om spelenderwijs te leren kopje onder te gaan en weer boven te komen. Daarna wordt gebruik gemaakt van het zelfdrijvend vermogen van de mens om te leren drijven op rug en buik. En van daaruit leert een kind de schoolslag. Zonder kurk en zonder plankje.

Vertrouwen

Een badmeester legde het zo uit aan mij. Met die kurkjes en plankjes leerde je eerst af om te vertrouwen op jezelf. En vervolgens leerde je met veel moeite weer op jezelf te vertrouwen zodat je ook zonder hulpmiddelen kon zwemmen. Ik vroeg hem hoe dat zelfdrijvend vermogen werkt, want mij lukte het tijdens onze zondagse zwemochtenden niet om te drijven. Hij gaf me een korte instructie en de volgende keer dat we in het zwembad waren, lukte het me na enige oefening op mijn rug te drijven.

Eruit halen wat erin zit

Het bleek eigenlijk helemaal niet zo moeilijk om dat zelfdrijvend vermogen te activeren. Als je de instructie maar nauwgezet opvolgt. Volgens mij werkt dit hetzelfde met effectieve communicatie. We hebben allemaal het vermogen om onszelf met anderen te verbinden. Het vermogen om waarlijk te luisteren wanneer de ander dat nodig heeft. Om onszelf uit te spreken wanneer wij dat nodig hebben.  En om te confronteren zonder de verbinding met de ander te verliezen.

Hoe dan?

Wat daar voor nodig is? Een instructie met concrete stappen voor verbindende communicatie, bijvoorbeeld volgens de Gordon® Communicatiemethode. En enige oefening om je die stappen eigen te maken.

Wil jij ook zo graag kunnen confronteren zonder de relatie met de ander te schaden? Een vriend of collega helpen zonder dat jij de verantwoordelijkheid  voor het probleem overneemt? Of heb je het gevoel dat er meer in zit dan je er nu uit haalt? Stuur me een berichtje en dan bespreken we de mogelijkheden.